De afgelopen maanden hebben
verschillende cijfers bewezen wat we jammer genoeg al langer weten: de Vlaamse
automobilist staat stil onderweg. De files zijn niet zozeer langer dan vroeger,
maar wel structureler (dus ook tijdens de zomervakantie en zonder dat er regen
of sneeuw valt) en ze bevinden zich ook op onze gewestwegen. Daar waar het
tijdens piekmomenten enkel filerijden was op de autosnelwegen, heeft dit
fenomeen ook een plaats verworven op de gewestwegen. Zo wordt iedereen bijna
dagelijks geconfronteerd met fileleed en is dit niet enkel meer een voorrecht
voor de forenzen richting Brussel.
Door gebruik te maken van slimme
technologieën en intelligente transportsystemen (adaptive cruise control,
intelligente snelheidsaanpassingen, communicerende voertuigen …) tot finaal de
zelfrijdende wagen zullen op langere termijn er beduidend minder files zullen
zijn door een betere capaciteitsbenutting.
Een vrij eenvoudige manier om dit
fileleed te verzachten op korte termijn is door middel van dynamisch verkeersmanagement
de verkeersstroom op onze wegen te informeren en te sturen. Zodoende ontstaat
er op de wegen een constantere stroom van voertuigen en worden vertragingen en
opstoppingen zo veel mogelijk vermeden. Met vrij eenvoudige ingrepen valt een
mooi resultaat te behalen.
De afgelopen jaren heeft men in
Vlaanderen het begrip dynamisch verkeersmanagement geïntroduceerd en reeds een
aantal voorzichtige stappen gezet: creatie van groene golven, openen van
spitsstroken, het beïnvloeden van verkeerslichten (bv. via KAR) … Om dit alles
te sturen en de automobilist te informeren stonden er in 2014 langs onze
autosnelwegen 109 digitale informatieborden, 1071 rijstrooksignalisatieborden
en ruim 900 verschillende camera’s van diverse types. Het Vlaams
verkeerscentrum heeft zo een goed overzicht wat er gebeurd op het wegennet en
kan sturen waar nodig via het Traffic Control Centrum.
Alleen blijft het beleid
hieromtrent te versnipperd en slaagt men er niet in om een integrale aanpak te
verwezenlijken in Vlaanderen. Op dat vlak kunnen we nog wat leren van Nederland
waar men het afgelopen decennium een inhaalbeweging heeft gemaakt om de files
aan te pakken met behulp van dynamisch verkeersmanagement: men heeft een Groene
Golf Team gehad dat tussen 2007 en 2014 alle verkeerslichten in heel het land
onder de loep genomen heeft en waar nodig bijgestuurd, men heeft meer
spitsstroken en vaak zelfs twee maal drie rijstroken als standaard op hun
autosnelwegen, meer digitale informatieborden en rijstrooksignalisatieborden om
de automobilisten te informeren en men heeft ondertussen bijna alle ringwegen
aan steden aangepakt en doorgaand en lokaal verkeer gescheiden zodat er minder
weefbewegingen plaatsvinden en dit verlaagt de kans op een ongeval.
Ondertussen wachten we in
Vlaanderen op een actualisatie van de spitsstrookstudie uit 2012, een visie op
verkeerslichtenregeling die start in 2016 en de afronding van een plan rond
intelligente transportsystemen voor de periode 2015-2025. Allemaal goede
intenties op middellange en lange termijn die hun vruchten zullen afwerpen,
evenwel zonder concrete plannen om het fileleed te verzachten op dit eigenste
moment.
Toch wil ik op een positieve manier eindigen door te
stellen dat deze legislatuur nog de nodige stappen gezet kunnen worden (bv. het
openen van een vierde spitsstrook van Wilsele tot Holsbeek op de E314) om op
relatief korte termijn een vlottere doorstroming te realiseren. Enerzijds omdat
minister Weyts dit als een prioriteit ziet en anderzijds omdat alle
meerderheidspartijen aan hetzelfde zeel trekken. Het komt er echter op aan om
de krachten te bundelen en met kleine ingrepen het fileleed te verzachten, dat
is onze politieke plicht. Zodat we binnen tien jaar af zijn van onze titel van
filekampioen.
Marino Keulen, Vlaams
volksvertegenwoordiger Open Vld en commissielid Mobiliteit en Openbare Werken
Of lees het opiniestuk in Knack